Auteur: Emiel

  • FREE CINEMA AULA 12

    FREE CINEMA AULA 12


    Maak kennis met degene die al die mooie films laat zien. Twee keer per maand op de zondagmiddag om 16.00 uur in onze bioscoopruimte in de fietsenwerkplaats.

  • rowiet kerver deel 1

    rowiet kerver deel 1


    Documentaire over de groninger kunstenaar Rowiet Kerver. De documentaires zijn onderdeel van het Kunstcafe Mutual Aid. Er is ondertiteling in het engels.

  • rowiet kerver deel 2

    rowiet kerver deel 2


    Documentaire over de groninger kunstenaar Rowiet Kerver. De documentaires zijn een onderdeel van het Kunstcafe Mutual Aid. Er is ondertiteling in het engels.

  • SUSANNE JANZEN-DITTLER

    SUSANNE JANZEN-DITTLER

    Documentaire over de groninger kunstenaar Susanne Janzen-Dittler.
    De documentaires zijn een onderdeel van het Kunstcafé Mutual Aid.

  • Ergens in februari EEN TIJDJE TERUG

    Ergens in februari EEN TIJDJE TERUG

    Dit ben ik na twee dagen op de fiets en eigenlijk zie ik er altijd zo uit: dun, ongewassen en hongerig. Ik krijg er mijn hele leven al commentaar op. In mijn pubertijd heb ik eens besloten me daar niet druk over te maken en dus niet mee te doen. Zelf ben ik heel blij met wat ik heb: twee benen, een hart en een hoofd vol met spul – ideaal om honderden kilometer te fietsen. Ik heb deze fietstocht veelvuldig gemaakt. De kortste route is via Assen, Beilen, Hoogeveen, Ommen en verder. Een van de leukste routes, wel vijftig kilometer meer, is linksom van Assen via Zeegse, Balloërveld, Grolloo, de Krim naar Ommen en verder. Je zou moeten proberen om een betekenisvolle relatie met de wereld aan te gaan wanneer je op de fiets zit’, zei S. Eigenlijk is dat iets wat ik iedere dag probeer: in gesprekken met mensen, muziek, boeken en de werkplaats. S. heeft iets te veel spiritueel new age, esoterische en zelfhulpboeken gelezen en ik denk dat hij bedoelde dat het goddelijke ‘daar ergens buiten’ te vinden is, met als doel het te vinden in jezelf.

    Al die spirituele esoterische rimram gaat over persoonlijke groei. S. is heel betrokken met het klimaat en zei dat de mens het probleem is…er zijn er te veel. Zijn oplossing was: minder mensen. Mijn verbaasde reactie was om iets te vragen over zijn kinderen: ‘die maar als eerste dan’? Het leek mij iets te cru om hem te vragen om er zelf uit te stappen. Ik probeerde het nog met: ‘ systemische transformatie zou een oplossing kunnen zijn, met vanzelfsprekend een transformatie van de voedselproductie’, maar hij bleef meer zien in minder mensen. Ik heb hem aangeraden om Andreas Malm te gaan lezen: de mens is niet het probleem, dat is al honderden jaren het kapitalisme van vooral de fossiele industrie. En een deel van de oplossing ligt niet bij het individu, maar bij het opheffen van die industrie. Ik had hem ook kunnen wijzen op de strijd tussen Deep Ecology en Social Ecology van Murray Bookchin dertig jaar geleden.

    Ik ben niet de persoon die eist dat alles gemakkelijk en comfortabel moet zijn; dat ik zo snel mogelijk op de plaats van bestemming wil zijn. Mijn tijd is niet kostbaar…daar is er genoeg van. Mijn spieren vinden het leuk en ook dat deel van mijn hersenen wat niet zegt dat het comfortabel en gemakkelijk moet zijn. En daarvoor zit je op een fiets: geen betere vakantiebesteding dan wat lummelen op een fiets en dat hoeft niet betekenisvol te zijn en heeft ook niets met persoonlijke groei te maken.

    Ik zat te twijfelen of ik terug op de fiets zou gaan of met de trein. Er was veel om rekening mee te houden: hoe heb ik geslapen, wat vinden mijn billen, benen en hoofd, is code oranje een reden om binnen te blijven, of regen, wind en kou?, moet ik oppassen voor vallende takken en is het erg dat het zo vroeg donker is?

    ‘s Ochtends in het donker ben ik vertrokken uit de stad om in het dorp uit te komen. Ik had zijwind, rugwind, het laatste stuk wind op de neus en deed er negen uur over. De laatste maanden had ik weinig gefietst en zat op een fiets waar ik nog niet eerder een lange afstand op had gereden en ja: onverstandig. De volgende dag ben ik weer vertrokken uit het dorp om 125 verder in de stad thuis te komen. Het eerste stuk had ik zijwind en de rest van de reis wind op de neus…en regen. Ik maak me nooit heel druk om regen op de fiets, maar gisteren was het: regenbroek aan, regenbroek uit en weer aan; regenjas open, dicht en had bij Beilen wel genoeg van het gekletter op mijn hoofd. Mijn handschoenen waren doorweekt en mijn schoenen ook. Maar als je voorbij Beilen bent ben je ook al bijna thuis…dan hoef je nog maar vijftig kilometer. Het klinkt misschien raar, maar zo werkt het in mijn hoofd en ik weet dat ik echt wel thuis kom, want dat heb ik zo vaak gedaan. ‘Vond je het ook heel leuk om te doen?’ Nee, het is niet het leukste jaargetijde om lang op een fiets te zitten. Ja, het was wel een epische tocht en bijzonder. Deze tocht duurde twaalf uur en op sommige punten reed ik niet harder dan zeven kilometer per uur. Ik heb nog wel een tip voor mensen die het ook willen proberen: ga regelmatig ook een stukje lopen met de fiets; mijn vermoeide lichaam vond dat heel fijn en de fiets maakt het niet zo veel uit.

    HEIDE IN SEPTEMBER:

    Wie houdt er nu niet van bloeiende heide? In ieder geval een meisje op de fiets die tegen haar moeder zei dat ze het heel saai vond. Ik wilde haar vertellen over adders, tapuiten, kevers, hagedissen en met haar bedoel ik de moeder. De vader was drukker met zijn piepende rem en zei tegen zijn zoontje dat hij zijn remmen moest oliën. Ik wilde hem vertellen dat dit meestal geen goed idee is en met hem bedoel ik het zoontje. Remmen moet je bijna altijd ontvetten. Jullie hoeven niet te ontvetten ( tenzij het verstandig is om wel te doen ), maar wel allemaal op de fiets naar de hei, die speciaal voor jullie in bloei staat. Daar hoef je niet per se 150 km voor te fietsen, want Norg stond ook in bloei.
    En dit was nog maar een dag. Als je een beetje om je heen kijkt gebeuren dit soort dingen iedere dag. Moet je wel de tijd nemen om wat rond te lummelen. Dat is ook een mooi moment om na te genieten van een gesprek tussen een vader en dochter die een kletsverhaal vertelde over zoeken naar lavastenen in het bos. Het duurde niet lang voordat ze er een gevonden had en vroeg:’ Pappa, kan ik deze steen gewoon pakken of is die nog warm?’

    MUZIEK:

    Ik draaide vandaag de plaat Something About Airplanes van Death Cab For Cutie. Ik draaide die niet een keer, maar wel drie keer achter elkaar. Er zijn in deze twee zinnen al twee aanwijzingen om te kunnen raden hoe oud ik wel/niet ben. De eerste: het draaien van hele platen…de jonkies om me heen draaien enkel nummers en zelden een hele plaat. Ik moet dus wel meer dan drie keer zo oud zijn. De plaat zelf is uit 1998 en ik ben blij dat ik al het hype-geklets over deze band uit die tijd vergeten ben. Ik vind deze plaat hun mooiste, en niet geheel toevallig ook het meest Pinback-ish. ‘I’m definitely shaking…’. Later zijn ze naar een grote platenmaatschappij gegaan en dan gaat bij mij de knop om: ‘als het zo moet dan hoeft het voor mij niet meer hoor…humhumhum’. Ik ben daar vaker wel dan niet kinderachtig in: ‘onafhankelijk of dood’ 🙂

    About Punk

    With creative destruction and insistent self-determination as core values, punk promised something very similar to the neoliberal belief in individualist freedom and entrepreneurial possibility, where the meritorious would be the victors. Although it may be surprising to think of it in this way, diy was wholly in line with neoliberal assumptions. An outgrowth of the (somewhat false) assertion that anyone could play the music, diy insisted that anyone could become a record producer, label owner, booking agent, critic, or publisher. This belief was a source of tremendous productive freedom within punk. It granted permission to anyone to take on the tasks that turned musical desire into sellable commodities and experiences.

    About Indie

    Indie’s authenticity proceeds from the self-conscious rejection of virtuosity and the illusions it fosters. In the place of illusions of mastery and completeness, indie enthrones an authenticity based on displays of the modest, the imperfect, and the emotionally complex.80 Where hardcore’s authenticity retained a vigorous

    individualism and an insistent equation of personal equals political equals personal, indie instilled incompleteness, contradiction, and an insatiable hunger for constantly deferred meaning. This version of authenticity, which does not provide much of a foundation on which to build a political stance, synthesizes amateurism and artistry and serves instead to allow the music’s political community to interrogate its own divisions, to inquire into its ability to produce a chain of equivalences capable of mediating agonistic difference. The community should not resolve difference away but allow it to engender new problems from its momentary incomplete solutions.

    [ The Political Force of Musical Beauty by Barry Shank ( Duke University Press ). Something you can read on any evening after work, but I think I can write a more interesting book about music.]